De Highland Games zijn hun oorspronkelijke functie allang kwijt. Dat wil echter niet zeggen dat ze verworden zijn tot folkloristische toeristentrekkers. Integendeel. Schotten vieren de olympische spelen van de Schotse Hooglanden vooral onder elkaar, als puur volksvermaak.
In het hartje van het dorpje Braemar, tussen heuvels die paars zijn van de bloeiende heide, ligt een gazon ter grootte van wel drie voetbalvelden. Rond het reusachtige, zitkuilachtige midden staan vandaag (we schrijven 4 september 1999) tribunes tot de nok gevuld met mensen. Iedereen kijkt naar mannen die stoere dingen doen, gekleed in rokken (pardon, kilts) met daarboven een haltertopje. Gewoon hardlopen en verspringen, ja, maar ook boomstamwerpen, hamerslingeren en capriolen met rotsblokken. Onder hen schijnen zich internationale atleten te bevinden en ook teams van het Britse leger. Grote hilariteit als tijdens een intermezzo een groepje stoere mannen onder elke oksel een kleuter klemt om die verderop op een startlijn klaar te leggen voor een potje zaklopen (een Schotse zakloopwedstrijd begint vanuit ligstand).
Even later paradeert een enorm doedelzakorkest het veld op, de spelers in vol ornaat, van kilts tot aan gepluimde helmen. Verschillende hoeken van het gigantische grasveld zijn vrijgehouden voor podia waarop meisjes in andersoortige geruite rokken ingewikkelde dansen dansen. Het publiek achter de dranghekken (waar de goedkopere standplaatsen zijn) is een kleurrijk schouwspel op zichzelf. Vrijwel alle mannen dragen kilts en bij iedere familienaam hoort een eigen tartan, dus het wemelt van de kleurencombinaties en ruitjespatronen. Partners en kinderen dragen kledingstukken van eenzelfde stof, van lange rokken en jasjes tot sjaals en pantalons.
Verrekijkers concentreren met zekere regelmaat op een citroengeel stipje, dat later opstaat en dichterbij komt om medailles en trofeeën uit te reiken. Dan blijkt het een mantelpakje te zijn met daarin koningin Elizabeth II. Tony Blair en z’n vrouw Cherie Booth houden haar gezelschap; het eerste premiers-paar dat naar Schotland is afgereisd voor lokale folklore. Misschien uit louter nieuwsgierigheid, maar ook omdat de regering heeft bedacht dat het geen kwaad kan als Tony hier vaker zijn neus laat zien, zeker nu Schotland sinds kort weer een eigen parlement heeft. Uiteraard koos Blair de beroemdste onder de Highland Games. Braemar houdt z’n spelen elke eerste zaterdag in september. Het koningshuis slaat geen enkel jaar over sinds Victoria in 1848 voor het eerst kwam kijken, vanaf het Schotse buitenverblijf van de Windsors op steenworp afstand: Balmoral.
De Highland Games zijn overigens veel ouder dan het Britse koningshuis. Vanaf de vroege middeleeuwen waren de spelen een vorm van dienstkeuring. Clanhoofden en koningen rekruteerden de snelste en sterkste mannen voor hun clanlegers en als lijfwachten. Ook de beste musici en dansers maakten kans op een baantje aan het hof. In ons tijdperk wordt gestreden om de eer. De competities, optredens en spelletjes eindigen doorgaans met een galadiner in de tuin van de plaatselijke laird (landheer). Soms is die laird toevallig wereldberoemd. Zoals Billy Connelly, die zijn landgoed in Strathdon openstelt op de dag van de oudste Highland Gathering and Games, die van Lonach.
© Sitara Morgenster